Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - april 2016:


25 april 2016
'Op de rol: 'Ik dacht dat niemand mij kon zien'

In de zomer van 2015 komt Robert* van zijn werk, stapt van zijn fiets en gaat vlakbij sportpark Rijkerswoerd in Arnhem op een bankje zitten. En haalt zijn jongeheer uit zijn broek. Niet omdat hij er seksueel genoegen aan beleeft, maar gewoon, omdat het ‘er zo is ingeslepen’. ‘Het moest gebeuren.’ Vervolgens komt een meisje van een jaar of 8 op hem aflopen. Ze heeft een knutselwerkje gemaakt en begint te kletsen. Robert (30) schrikt zich een hoedje, schermt zijn piemel af en schuift naar het uiteinde van de bank. Maar laat hem wel uit zijn gulp hangen.

Broek
‘Ik moest zo snel mogelijk weg’, zegt Robert in de Arnhemse rechtszaal tegen politierechter Holland. Hij grijpt zijn fiets en loopt weg. Het meisje loopt met hem mee en praat nietsvermoedend door. Maar een buurtbewoner heeft zijn piemel zien bungelen en houdt hem aan. ‘Ik denk dat ik hetzelfde zou hebben gedaan’, snapt Robert. Mee naar het politiebureau, waar Robert er geen geheim van maakt dat hij inderdaad met zijn piemel uit zijn broek op het bankje zat. Aan zijn piemel zitten is een ‘een soort fopspeen’, waarvan hij tot rust komt. Rust? Schennis van de eerbaarheid op een openbare plaats, aldus de officier van justitie.

Troost
Wat bewoog hem ertoe om zijn geslachtsdeel uit zijn broek te halen, vraagt de politierechter. ‘Ik kon niet wachten. De drang was te heftig’, antwoordt Robert. ‘Ik vind er troost in. Het was niet seksueel bedoeld. Ik had nood om te ontstressen.’ Als hij er zo van ‘ontstresst’, kan hij dan niet van bovenaf zijn hand in zijn broek steken in plaats van zijn geslachtsdeel uit zijn broek te halen? Ook geen opwekkend gezicht, maar in ieder geval minder confronterend, oppert politierechter Holland. Robert: ‘Ik draag redelijk strakke broeken en van bovenaf is het lastig om in mijn onderbroek te komen. Nu kon ik eraan zitten. Ik dacht dat niemand mij kon zien.’ ‘Waarom was uw eerste reactie niet meteen om uw geslachtsdeel op te bergen toen het meisje eraan kwam?’ ‘Dat weet ik ook niet. Ik zat met mijzelf in de knoop. Ik pakte mijn spullen en moest weg. Het ging zo snel’, antwoordt Robert.

Psycholoog
Direct na het incident meldt Robert zich bij zijn huisarts, die hem doorverwijst naar een psycholoog. Hij licht ook onmiddellijk zijn ouders en zijn echtgenote in. Ze zit vanochtend in de rechtszaal. ‘Ik was net vader geworden en had mijzelf al die tijd weggecijferd, maar wel alle stress opgekropt.’ De gesprekken met de psychologe verlopen zo goed, dat ze Robert na 7 sessies het ‘groene licht’ geeft. ‘We konden het hierbij laten.’ De reclassering denkt daar anders over, memoreert politierechter Holland. Zij rapporteert dat Robert na het incident in Arnhem nog een paar keer thuis zijn geslachtsdeel uit zijn broek heeft gehaald. ‘Dat doe ik onbewust, maar ik heb het niet op straat gedaan.’ De reclassering adviseert een voorwaardelijke straf en behandelplicht, want ‘zonder gerichte interventies’ is de kans op recidive groot. Robert zou het een zware straf vinden. ‘Het automatisme om mijn geslachtsdeel te pakken is uit mijn systeem. Ik heb het afgeleerd.’

Rug
Haar cliënt wilde niemand kwaad doen. ‘Hij zat met zijn rug naar de woonwijk en schermde zichzelf af. Hij heeft nooit de opzet gehad om zijn geslachtsdeel te tonen. Het meisje heeft zijn geslachtsdeel ook niet gezien. Haar vader bevestigt dat. Ze was niet onder de indruk van het voorval’, aldus raadsvrouw Nadine Schraa. Waarom heeft het Openbaar Ministerie deze zaak niet afgedaan met een strafbeschikking, vraagt de raadsvrouw zich af. Ze geeft het antwoord: ‘Omdat het onderzoek zich richtte op de seksuele intenties die mijn cliënt wellicht gehad zou hebben. Nu blijkt dat die er niet waren. Mijn cliënt is geen pedoseksueel of kinderlokker.’ Dat haar cliënt thuis wellicht zijn piemel uit zijn broek haalt, gaat niemand wat aan, aldus advocate Schraa. ‘Maar de reclassering trekt daaruit wel de conclusie dat het gevaar bestaat dat hij het buitenshuis opnieuw doet.’

Opgelucht
‘De reclassering sprak 30 minuten met mijn cliënt, de psychologe 7 uur. Ik zie niet in waarom de reclassering het dan beter zou weten’, aldus advocate Schraa. ‘Nog meer behandeling heeft geen meerwaarde.’ Ze pleit daarom voor een boete, zonder bijzondere voorwaarden. De affaire heeft hem geraakt, zegt Robert als politierechter Holland hem het laatste woord geeft. ‘Ik was niet op het meisje gericht. Ik was erg opgelucht dat het haar weinig heeft gedaan.’ ‘Dat het meisje uw geslachtdeel niet heeft gezien, heeft ze niet aan u te danken. We moeten de zaak niet bagatelliseren. Uw gedrag is zorgelijk en ik vind behandeling wél noodzakelijk. U zegt dat er geen seksuele component is, maar ik weet dat nog niet zo zeker’, houdt de politierechter Robert voor. Hij volgt de strafeis van de officier van justitie en geeft Robert een boete van 700 euro, waarvan 350 euro voorwaardelijk, met als bijzondere voorwaarde onmiddellijk contact met de reclassering en ambulante forensische psychiatrische behandeling bij Kairos.'



25 april 2016
Subsidie voor vezelvlas terecht niet verleend aan producenten

'Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) oordeelt dat de beroepen van producenten van vezelvlas en zaaizaad van vezelvlas tegen een aantal besluiten van de staatssecretaris van Economische Zaken over de toekenning van inkomenssteun (de bedrijfstoeslag) voor het jaar 2012 volgens de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 niet slagen.

Tot 2012 bestond er een speciale Europese subsidieregeling voor de producenten van vezelvlas en zaaizaad van vezelvlas. Hierin was de subsidie afhankelijk gesteld van de productie van dit gewas en het zaaizaad. De Europese regelgever heeft deze regeling per 2012 beëindigd en laten opgaan in de toen al bestaande algemene subsidieregeling voor landbouwers. Dit is geregeld in een Europese verordening en uitgewerkt in een nationale regeling die is opgenomen in de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 (de Regeling). Volgens deze regeling wordt de subsidie gekoppeld aan de landbouwgrond die in gebruik is voor de teelt van dit gewas en het zaad en niet meer aan de geproduceerde hoeveelheid. Dit wordt ook wel ‘ontkoppeling’ genoemd. Voor de producenten betekent dit dat zij voor 2012 geen of minder subsidie ontvangen.

Volgens de producenten is de nationale regeling van deze ontkoppeling in strijd met de daarvoor geldende Europese regels. De producenten stellen onder andere dat door deze ontkoppeling de subsidie ten onrechte terecht komt bij landbouwers die op basis van met de producenten gesloten overeenkomsten hun grond hebben gebruikt voor de teelt van vezelvlas en zaaizaad en voor deze grond subsidie hebben aangevraagd. Dit is, aldus de producenten, niet in overeenstemming met de bedoeling van de Europese regels om de productiesteun die zij tot 2012 ontvingen ook na de ontkoppeling aan hen ten goede te laten komen. Het CBb deelt deze opvatting niet en ziet geen grond voor het oordeel dat de nationale regeling in strijd is met de Europese regels. Ook de andere beroepsgronden van de producenten tegen de ontkoppeling slagen niet.'



25 april 2016
Coffeeshop Zanzi in Utrecht blijft dicht

'De burgemeester van Utrecht mocht de huidige exploitatievergunning voor coffeeshop Zanzi intrekken en weigeren een nieuwe exploitatievergunning af te geven. Dat heeft de rechtbank vandaag geoordeeld. De coffeeshop werd gesloten omdat er meer dan 10 kg softdrugs, bestemd voor bevoorrading, in de woning boven de coffeeshop werd aangetroffen.

Handelsvoorraad
De softdrugs in de bovenwoning was volgens de exploitant van de coffeeshop geen handelsvoorraad maar externe voorraad. De aangetroffen softdrugs kan daarom niet aan de coffeeshop worden toegerekend. Er was immers vanuit de coffeeshop geen toegang tot de bovenwoning. Het houden van een externe voorraad mag volgens de exploitant op deze manier. Hij baseert zich op diverse recente uitspraken van strafrechters die voor het houden van externe voorraad geen straf hebben opgelegd.

De rechtbank vindt dat softdrugs in de bovenwoning wel tot de handelsvoorraad van de coffeeshop moeten worden gerekend en niet als externe voorraad. De hoeveelheid was immers bestemd voor bevoorrading van de coffeeshop. De softdrugs werden via een luik binnenshuis getransporteerd naar de coffeeshop. De personen in de woning en in de coffeeshop hadden via beeld en geluid contact met elkaar. De exploitant heeft daarom in strijd gehandeld met de voorwaarden die aan de huidige exploitatievergunning zijn verbonden. Hij moest zich namelijk houden aan de toegestane handelsvoorraad van 500 gram.

Openbare orde en veiligheid
De burgemeester mocht voor zijn besluit ook meewegen dat de openbare orde en veiligheid in het gedrang zijn gekomen door de aangetroffen softdrugs. Het was voor buitenstaanders duidelijk dat de bevoorrading via de bovenwoning ging. Het risico van een gewapende overval werd daarmee aanzienlijk vergroot met alle gevolgen van dien voor de aanwezigen in de coffeeshop en de directe woonomgeving.'



18 april 2016
9 maanden cel voor oud-examinator voor oplichting met rijbewijzen

'De rechtbank Den Haag veroordeelt een oud-examinator van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) tot een celstraf van 9 maanden, omdat hij tussen mei 2011 en oktober 2014 van een groot aantal examenkandidaten via hun malafide rijschoolhouders geld heeft aangenomen en deze kandidaten heeft laten slagen voor hun rijexamen.

Oplichting en omkoping
De man heeft op diverse locaties in de Randstad gefraudeerd met rijexamens. Terwijl hij het tegenover het CBR liet voorkomen alsof er volgens de regels examen werd afgenomen, had hij in werkelijkheid tegen betaling afspraken gemaakt met malafide rijinstructeurs en rijschoolhouders over de data en tijden en locaties waar hij examens zou afnemen. Gemiddeld ontving hij € 500 per gefraudeerd examen, terwijl de kandidaten daarvoor bedragen tot € 3000 neertelden.

De rechtbank ziet geen aanleiding om aan de man een verbod tot het werken als rijexaminator op te leggen, zoals door de officier van justitie was gevorderd: hij is door het CBR ontslagen en wordt over enkele maanden 65 jaar oud, zodat er geen noemenswaardige kans op herhaling is. Wel moet de man de kosten van een door het CBR in de arm genomen particulier recherchebureau betalen.

De rechtbank wijst vandaag ook vonnis tegen drie van de malafide rijschoolhouders; zij worden veroordeeld tot taakstraffen. Aan hen wordt wel een verbod opgelegd om gedurende vijf jaar als rijschoolhouder te werken.'



18 april 2016
30.000 euro boete voor houden van teveel varkens

'De rechtbank Oost-Brabant legt een 56-jarige man uit Someren een boete op van 30.000 euro. Hij had in 2009 en 2010 duizenden varkens meer aanwezig op zijn bedrijf dan hij mocht houden.

Bij een controle van het bedrijf van de verdachte in 2011 kwamen inspecteurs van de Algemene Inspectiedienst (AID) erachter dat de verdachte veel meer varkens op zijn bedrijf aanwezig had, dan waar hij recht op had. In 2009 mocht hij 25.709 zogenoemde varkenseenheden op zijn bedrijf hebben, maar dat aantal overschreed hij met 2.415. Het jaar daarop overschreed hij het aantal van 24.125 met 3.943 varkenseenheden.

De verdachte heeft, door meer varkens te houden, op illegale wijze een financieel voordeel behaald ten opzichte van zijn concurrenten.

Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank onder meer rekening gehouden met de financiële situatie van de verdachte. Ook weegt mee dat de verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten is veroordeeld en dat het geruime tijd heeft geduurd voordat de zaak voor de rechter is gebracht. Daarnaast krijgt de verdachte een boete van 2.000 euro voor het overtreden van een voorschrift van de omgevingsvergunning; hij had varkens in zijn stal staan terwijl daar geen luchtwassers aanwezig waren.'



21 april 2016
Vught hoeft toewijzing WOZ-waarde duizenden woningen niet te herzien

'De heffingsambtenaar van de gemeente Vught hoeft de WOZ-waarde van 2.890 woningen en garages van Stichting Woonwijze niet te herzien, zo bepaalde de rechtbank Oost-Brabant vandaag.

De heffingsambtenaar van de gemeente Vught stelde de WOZ-waarde van 2.890 onroerende zaken in Cromvoirt en Vught voor 2014 vast. Stichting Woonwijze, eigenaar van die woningen en garages, stelde vervolgens beroep in tegen de wijze van vaststelling van de WOZ-waarden.

Woonwijze en de gemeente Vught hebben in onderling overleg het complete woningareaal van Woonwijze ingedeeld in referentiegroepen, waarbij telkens één onroerende zaak (‘de voorbeeldwoning’) als representatief voor de onroerende zaken in de betreffende groep is aangemerkt. Vervolgens bepaalden de partijen op basis van verkooptransacties de waarde van de voorbeeldwoningen. Over die waardes bestaat geen geschil. De stichting en de gemeente zijn het echter niet eens over de vertaalslag waarop (op basis van de waarde van de voorbeeldwoning) de waardes van de onroerende zaken in de betreffende referentiegroep moeten worden bepaald.

Om hun standpunten inzichtelijk te maken hebben de gemeente en Woonwijze, ieder voor zich, 4 voorbeeldwoningen uit het woningbestand van de stichting gekozen, waarbij de vertaalslag naar één of meer onroerende zaken uit de referentiegroep is gemaakt.

De rechtbank stelt voorop dat de gemeente de vrijheid heeft om de waardeopbouw van een onroerende zaak aan te passen, mits de daarbij gehanteerde eenheidsprijzen per m² en m³ marktconform zijn. De gemeente is bij de wijzigingen in de waardeopbouw ten opzichte van de oorspronkelijke taxatie juist tegemoet gekomen aan het verzoek van de stichting. Volgens de rechtbank geven de aangedragen voorbeelden geen aanleiding voor het oordeel dat de gemeente uitgegaan is van een onjuiste waardeopbouw. Ook heeft de gemeente met de aangehouden prijzen per m² en m³ geen verkeerde verdeling gemaakt.'



21 april 2016
6 maanden celstraf voor stelen sieraden uit Wassenaarse woning

'De rechtbank Den Haag veroordeelt een 21-jarige man tot een celstraf van 6 maanden voor het stelen van sieraden uit een woning in Wassenaar op 21 december 2015.

Verder moet hij ruim 44 duizend euro schadevergoeding betalen aan het slachtoffer, wat overeenkomt met de geschatte waarde van de sieraden.

Sieraden
De man heeft ingebroken in de woning en meerdere sieraden gestolen. Het ging in elk geval om een aantal oorbellen en een aantal hangers voor een ketting en een aantal ringen en een paarse hanger met diamanten en een herenring met verzonken diamant.

Straf
De dader is al meerdere keren veroordeeld voor vermogensdelicten, waaronder een poging tot woninginbraak, hetgeen hem er kennelijk niet van heeft weerhouden opnieuw in te breken. Gelet op de ernst van deze inbraak en zijn eerdere veroordelingen is de rechtbank van oordeel dat alleen een gevangenisstraf in aanmerking komt. Het landelijke uitgangspunt voor rechters bij een woninginbraak met recidive is een gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden. Straf verhogend, is de omvang van de schade, nu het gaat om enkele zeer kostbare sieraden.'



20 april 2016
Ernstig zieke medewerker krijgt asbest-schadevergoeding

'Een man uit Rijen die claimt ernstig ziek te zijn geworden door blootstelling aan asbest is vandaag door de rechter in het gelijk gesteld. De rechtbank Zeeland-West-Brabant acht bewezen dat zijn gezondheidsproblemen het gevolg zijn van zijn werkzaamheden bij een groot bakkerijconcern. Het bedrijf moet de man daarom een schadevergoeding betalen.

Niet aan zorgplicht voldaan
De man was van 1984 tot en met 2008 in dienst bij het bakkerijconcern. Tot 1993 werd hij blootgesteld aan asbest in de oven waarmee hij werkte. Het bedrijf heeft niet kunnen aantonen dat het in die periode aan haar zorgplicht heeft voldaan, oordeelt de rechtbank. De werkgever stelde dat de man ook blootgesteld kon zijn aan asbest bij andere bedrijven waar hij gewerkt heeft. Dit argument wordt door de rechtbank verworpen.

Schadevergoeding
In een tussenvonnis is nu bepaald dat de man vanwege zijn ernstige gezondheidsklachten recht heeft op een immateriële schadevergoeding van 65 duizend euro. Voor het bepalen van de hoogte van een materiële schadevergoeding is meer tijd nodig: daarover spreekt de rechter zich later uit.'



20 april 2016
Bredase schilders exposeren in de rechtbank

'Tot en met 30 juni 2016 exposeren 'De Kunstenmakers' in de publieke ruimte van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda. De Kunstenmakers is een collectief bestaande uit negen Bredase schilders dat samenkomt in centrum voor de kunsten De Nieuwe Veste. Tijdens de expositie, getiteld 'Kunstenmakers 3.0', zijn veertig van hun werken te bezichtigen. Het gaat om een selectie van zowel abstracte als moderne kunst.

Gratis toegang
De rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt graag haar publieke ruimte beschikbaar voor het werk van kunstenaars. De expositie is op werkdagen gratis toegankelijk tussen 08.30u en 17.00u. De hoofdingang van de rechtbank bevindt zich aan de Sluissingel 20. Voor toegang is legitimatie door middel van een ID-kaart of rijbewijs vereist.'



20 april 2016
Straf voor bedreiging en belediging ME'ers tijdens Schilderswijkrellen

'De rechtbank heeft een 23-jarige man veroordeeld voor de belediging en bedreiging van leden van de Mobiele Eenheid tijdens de eerste avond van de rellen in de Haagse Schilderswijk vorig jaar zomer. Hij schold die ME’ers onder meer uit voor kankermoordenaars en reed daarna met zijn auto op hen in. Daarvoor krijgt hij onder meer een voorwaardelijke celstraf van 90 dagen in combinatie met een onvoorwaardelijke taakstraf van 180 uur.

Rellen op de Heemstraat
De man is op 29 juni 2015 naar de Haags Markt gereden om naar de rellen op De Heemstraat te kijken. Naar eigen zeggen wilde hij alleen zien hoe de ME te werk ging. De rechtbank vindt dat echter ongeloofwaardig.

De rechtbank acht niet bewezen dat de man op de ME’ers is ingereden om hen zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. Wel heeft hij zich hierdoor schuldig gemaakt aan bedreiging.

Strafoplegging
De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij met zijn gedrag heeft bijgedragen aan de escalatie van de Schilderswijkrellen. Ook wordt hem aangerekend dat zijn gedrag en die rellen grote impact op de ME’ers hebben gehad en het feit dat hij geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn gedrag.'



20 april 2016
Celstraffen tot 42 maanden voor handel in harddrugs

'Een 68-jarige man uit Breda is vandaag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 42 maanden voor het vervoeren, afleveren en het bezit van zeer grote hoeveelheden harddrugs. De rechtbank Oost-Brabant legde verder een celstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, op aan een 49-jarige Amsterdammer en een voorwaardelijke celstraf van 12 maanden aan een 62-jarige Rotterdammer. Zij namen de harddrugs aan.

De 68-jarige verdachte heeft in juni vorig jaar op verschillende momenten in totaal zo’n 12 kilo MDMA vervoerd en/of afgeleverd in Amsterdam, Haarlem en Leiderdorp. Na zijn aanhouding trof de politie in de auto en woning van de man ruim 12 kilo harddrugs aan. Volgens de rechtbank nam de 49-jarige verdachte op 3 momenten in totaal zo’n 10 kilo MDMA aan. De 62-jarige verdachte nam in Leiderdorp zo’n 2 kilo MDMA aan van de man uit Breda.

Bij het bepalen van de straffen weegt de rechtbank mee dat harddrugs gevaar voor de gebruikers opleveren. Daarnaast trachten zij hun verslaving vaak door diefstal of ander crimineel gedrag te bekostigen, waardoor aan de samenleving ernstige schade wordt toegebracht. De verdachten hebben hier allen op hun manier aan bijgedragen. De 68-jarige man had een belangrijke rol in de keten van producent tot gebruiker. Bovendien is de man eerder veroordeeld tot langdurige onvoorwaardelijke celstraffen van in totaal ruim 10 jaar. De rechtbank neemt het de man kwalijk dat hij hiervan niets heeft geleerd en zijn criminele handel op 68-jarige leeftijd heeft hervat. De rol van de 49-jarige Amsterdammer lijkt beperkt en bovendien is hij niet eerder veroordeeld. Verder weegt de rechtbank mee dat deze verdachte er blijk van heeft gegeven de ernst van de door hem gepleegde feiten in te zien. De 62-jarige verdachte heeft een buitengewoon kwetsbare gezondheid. Bovendien is zijn leven na dit delict positief veranderd. Zo liet hij zich onder meer met succes vrijwillig klinisch behandelen voor zijn drugsverslaving. De rechtbank vindt daarom dat een geheel voorwaardelijke celstraf voor de 62-jarige Rotterdammer op zijn plaats is.'



20 april 2016
Vrijspraak voor invoer ruim 4.000 kilo cocaïne

'Vier mannen die verdacht werden van invoer van 4.050 kg cocaïne in 2003 en deelname aan een drugsorganisatie zijn vrijgesproken. De rechtbank acht de verklaringen van de getuigen over betrokkenheid van de vier bij het drugstransport onvoldoende betrouwbaar. Het overige bewijs is naar het oordeel van de rechtbank niet genoeg om tot een bewezenverklaring te komen.

De partij werd in 2003 op de zeesleepboot 'Otton' in de haven van Vlissingen in beslag genomen. Naast de betrokkenheid van de invoer van deze partij cocaïne zouden de vier ook lid zijn van de criminele organisatie die verantwoordelijk was voor dit transport en voor drie eerdere cocaïnetransporten. Twee van hen zouden leiding hebben gegeven aan deze organisatie.

Getuigenverklaringen
Volgens het Openbaar Ministerie bieden de drie getuigenverklaringen ondersteund door observatiefoto’s, telecomgegevens, peilbakengegevens, een-op-een-telefoons voldoende bewijs voor de beschuldigingen. De rechtbank oordeelt anders. De verklaring van een van de getuigen acht de rechtbank onvoldoende betrouwbaar omdat deze persoon zijn informatie niet uitsluitend van de verdachten heeft gekregen. Ook was hij door zijn manier van denken en antwoorden niet altijd goed te volgen en bovendien is zijn verklaring strijdig met de resultaten van het opsporingsonderzoek. Een tweede getuige trok zijn belastende verklaring in. In die verklaring gaf de getuige geen volledige openheid van zaken over zijn eigen rol. Dit alles in combinatie met de manier waarop de getuige zich tijdens zijn verhoor ter terechtzitting gedroeg, maakt dat de rechtbank ook deze verklaring niet voor het bewijs gebruikt.

Vrijspraak
Het overblijvend bewijs is, voor zover het gaat om de betrokkenheid van de verdachten bij het transport met de Otton, onvoldoende om tot een bewezenverklaring te komen. De rechtbank spreekt de verdachten daarom vrij. De vrijspraak van het transport met de Otton brengt mee dat de verdachten ook worden vrijgesproken van het deelnemen aan een criminele organisatie. Hun betrokkenheid bij de andere uitgevoerde transporten is in beslissende mate gebaseerd op de verklaring van een derde getuige. De verdediging heeft deze getuige vanwege diens gezondheidsklachten niet kunnen ondervragen. Daarom kan rechtbank zijn verklaring niet voor het bewijs gebruiken.'



15 april 2016
Politierechters vellen oordeel over agressie tegen medewerkers met publieke taak

'De politierechters in Arnhem en Zutphen veroordeelden vandaag in totaal 10 verdachten voor mishandeling en/of bedreiging en belediging van medewerkers met een publieke taak. De opgelegde werkstraffen varieerden van 20 tot 40 uur (waarvan 20 uur voorwaardelijk). Daarnaast legde de politrechter in Arnhem aan 1 verdachte een voorwaardelijke celstraf op en kregen 2 verdachten een geldboete. De Zutphense politierechter sprak 1 verdachte vrij.

In Arnhem verschenen 8 verdachten voor de politierechter. Zij stonden terecht voor het beledigen en mishandelen van een buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA) en het bedreigen of beledigen van politieagenten. In Zutphen stonden 2 verdachten voor de politierechter voor onder andere het beledigen van agent van Turkse komaf en het beledigen van agenten op Facebook. In deze laatste zaak volgde vrijspraak. De verdachte zou 2 agenten op Facebook hebben uitgemaakt voor 'homowouten' als reactie op een gepost filmpje over een politieoptreden tijdens de jaarwisseling. Omdat 1 van de agenten niet in het filmpje voorkomt en de verdachte zijn naam niet verder noemde, is de belediging volgens de politierechter niet tegen hem gericht. De tweede agent heeft de uitlating van deze verdachte niet genoemd in haar aangifte. Er is geen reden haar aangifte - die betrekking heeft op een aantal beledigende posts door diverse verdachten - op te rekken zodat verdachte er alsnog onder valt. Niet ten laste gelegd was de belediging van de politie als zodanig.

Themaweek
Het Openbaar Ministerie (OM) besteedde deze week speciale aandacht aan geweld en agressie tegen medewerkers met een publieke taak. Daarvoor had het OM instanties met publieke taken uitgenodigd. Zo waren bij de zitting op de locatie in Arnhem politieagenten in opleiding aanwezig.'



15 april 2016
7 jaar cel en tbs met dwangverpleging in zedenzaak

'Een 42-jarige man uit Simpelveld is vandaag door de rechtbank Limburg veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging. Hij heeft zich schuldig gemaakt aan het filmen van het seksueel misbruik van zijn zoontjes, ontucht met minderjarigen, het seksueel binnendringen bij een minderjarige, het vervaardigen en in het bezit hebben van kinderporno en de mishandeling van zijn zoontje en zijn partner.

Gedeeltelijke vrijspraak
De rechtbank acht niet bewezen dat verdachte gedurende langere periode zijn toenmalige vriendin heeft verkracht of haar gedurende langere periode zwaar heeft mishandeld. De rechtbank acht eveneens niet bewezen dat verdachte ontucht met zijn minderjarige zoontjes heeft gepleegd.

Wel bewezen
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte ontucht heeft gepleegd met de minderjarige zusjes van zijn toenmalige vriendin, zijn minderjarige nichtje en met een baby. Ook acht de rechtbank bewezen dat verdachte bij een van de zusjes van zijn toenmalige vriendin meermalen seksueel is binnengedrongen. Daarnaast heeft verdachte gedurende een lange periode kinderporno van de zusjes van zijn toenmalige vriendin en zijn zoontjes vervaardigd en in zijn bezit gehad. Verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan de mishandeling van zijn zoontje en zijn nieuwe vriendin.

Tbs
Net als de deskundigen is de rechtbank van oordeel dat er een groot gevaar is op herhaling. Daarom moet verdachte een intensieve behandeling ondergaan. Deze intensieve behandeling kan slechts in de vorm van een terbeschikkingstelling met dwangverpleging plaatsvinden. De rechtbank heeft daarom deze maatregel aan verdachte opgelegd.

Zeven jaar
De rechtbank vindt een gevangenisstraf van zeven jaar passend. Verdachte heeft op nietsontziende wijze jarenlang zijn eigen genot nagestreefd. Daarbij heeft hij agressie tegen zijn levenspartners niet geschuwd. Verdachte heeft gedurende vele jaren de belangen van de mensen in zijn omgeving, zoals zijn levenspartners, schoonzusjes, nichtje, de baby van zijn vriendin en zelfs zijn eigen twee zoontjes, op grove wijze geschonden. De rechtbank heeft met afschuw moeten constateren dat verdachte het stelselmatige en ernstige seksuele misbruik van zijn zoontjes door zijn toenmalige partner heeft toegelaten en op geen enkel moment heeft ingegrepen. Hij heeft notabene dat misbruik gefilmd. Verdachte laat een spoor na van angst, boosheid, verdriet en ernstig geschonden vertrouwen. Zijn slachtoffers zijn daardoor voor het leven getekend.'



15 april 2016
Beslissing van de rechtbank Rotterdam op verzoeken tot audio/visuele registratie van het getuigenverhoor van Minister Plasterk

'Op 18 april 2016 om 13.00 uur zal in de strafzaak tegen de verdachte Jos van Rey, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden gehoord als getuige.

Vanuit de diverse media zijn verzoeken gedaan tot audio/visuele registratie van het getuigenverhoor.

Beslissing:
Het getuigenverhoor is in de media uitvoerig aan de orde geweest. Dit hangt vanzelfsprekend samen met het belang van de strafzaak en de hoedanigheid van de getuige. Dat er een duidelijk belang is bij audio/visuele registratie van het getuigenverhoor is daarmee gegeven.

Bij twee eerdere beslissingen in deze zaak zijn verzoeken tot audio/visuele registratie van een aantal (hele) zittingsdagen toegewezen.

In de Persrichtlijn 2013, die door de rechters in Nederland is opgesteld, is opgenomen dat geen beeld- en geluidsopnames mogen worden gemaakt van getuigen die daarvoor geen toestemming verlenen. Overige (professionele) procesdeelnemers zouden op grond van de Persrichtlijn - ook tijdens een getuigenverhoor - wel in beeld kunnen worden gebracht.

In de Persrichtlijn is verder neergelegd dat bij een beslissing over mediaverzoeken het belang van de openbaarheid wordt afgewogen tegen - onder andere - de volgende belangen:
• het maken van beeld- en geluidsopnames mag geen belemmering vormen voor een goede rechtspleging (bijvoorbeeld voor de waarheidsvinding);
• de privacy van de procesdeelnemers is gewaarborgd;
• een ordelijk verloop van de zitting is voldoende gegarandeerd;
• de veiligheidsaspecten zijn voldoende gewaarborgd.

De getuige heeft geen toestemming verleend. Dit leidt ertoe dat van de getuige géén beeld- en geluidsopnames mogen worden gemaakt. Afweging van de genoemde belangen brengt verder mee dat het getuigenverhoor kan worden belemmerd wanneer andere procesdeelnemers tijdens het getuigenverhoor (met geluid) in beeld worden gebracht daar waar de getuige niet is te zien of te horen. De verzoeken tot audio/visuele registratie van het getuigenverhoor als zodanig worden daarom afgewezen.

Wél wordt toegestaan om bij de aanvang van het getuigenverhoor de rechtbank, de officieren van justitie, de advocaat en de verdachte op te nemen (en dus niet de getuige). Die aanvang van het getuigenverhoor omvat de ontvangst van de getuige, de vaststelling van zijn identiteit, het afleggen van de eed of de belofte en een introductie van het onderwerp van het getuigenverhoor door de voorzitter van de rechtbank.

Daarna zal de media de gelegenheid krijgen om de opnameapparatuur uit te schakelen. De afdeling communicatie zal erop toezien dat deze beslissing door alle betrokkenen strikt wordt nageleefd. '



15 april 2016
Opname in psychiatrisch ziekenhuis voor steekpartij in Vught

'Een 57-jarige man uit Eindhoven is ontslagen van alle rechtsvervolging. De man stak in juli vorig jaar iemand neer, maar was tijdens het delict volledig ontoerekeningsvatbaar. De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag beslist dat hij daarom wordt opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis.

De verdachte verbleef in juli vorig jaar in een woonvoorziening in Vught. Hij liep daar op een man af die buiten op een bankje zat en stak hem zonder aanleiding met een mes in zijn zij. In het ziekenhuis bleek dat er geen vitale delen van het lichaam waren geraakt.

Volgens een psycholoog en een psychiater is er bij de verdachte sprake van een ziekelijke stoornis in de vorm van schizofrenie. Het slachtoffer lijkt al langere tijd onderdeel te zijn geweest van het paranoïde waansysteem van de verdachte, waarbij hij naar zijn idee werd achtervolgd door het slachtoffer. De verdachte zou er op een gegeven moment iets van hebben gezegd, maar toen het volgens hem nogmaals gebeurde, maakte hem dit woedend en heeft hij het slachtoffer aangevallen. De rechtbank oordeelt dat het gedrag van de verdachte zodanig werd beïnvloed door zijn stoornis, dat het delict hem niet kan worden aangerekend. De rechtbank laat de man een jaar opnemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Ook moet hij het slachtoffer een schadevergoeding betalen van 750 euro.'



15 april 2016
Celstraf en tbs met voorwaarden voor steken vriend in woning Boxtel

'De rechtbank Oost-Brabant heeft een 31-jarige man uit Boxtel veroordeeld voor een poging tot doodslag en bedreiging. De man krijgt een gevangenisstraf van 10 maanden en tbs met voorwaarden voor het neersteken van zijn vriend en het bedreigen van een jongen met een mes.

De verdachte had in juli vorig jaar een vriend op bezoek in zijn woning in Boxtel. De vriend zat ‘s avonds in de woonkamer op de bank en zag dat de verdachte plots een mes van de tafel pakte en daarmee dreigend naar hem begon te zwaaien. Hierna stak de verdachte de man in zijn nek. Het slachtoffer wist naar buiten te komen en klampte daar agenten aan die in de omgeving waren. In het ziekenhuis bleek dat hij een scheurtje in zijn luchtpijp had. De verdachte was intussen ook naar buiten gegaan en bedreigde daar met zijn mes een jongen die een sigaret kwam vragen.

In slaap gehouden
Het slachtoffer werd vanwege zijn verwondingen enkele dagen in slaap gehouden in het ziekenhuis. Het gewelddadige karakter van de steekpartij en bedreiging laat zien dat de verdachte er niet voor terugschrikt om fors geweld tegen anderen te gebruiken. Hij verkeerde tijdens het plegen van de feiten onder invloed van alcohol. De man verklaarde dat hij weet dat hij een alcoholprobleem heeft en door het gebruik van sterke drank agressief wordt. Desondanks dronk hij in forse mate. Anderzijds weegt mee dat de man zwakbegaafd is en de rechtbank hem als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwt. De ernst van de feiten en de aanzienlijke kans op herhaling in combinatie met zijn alcoholprobleem, maakt het noodzakelijk dat de rechtbank tbs met voorwaarden oplegt. Hij moet zich klinisch laten behandelen, meewerken aan een vervolgbehandeling en krijgt een alcohol- en drugsverbod. De verdachte moet het slachtoffer een schadevergoeding betalen van 1.900 euro.'



15 april 2016
Mannen veroordeeld voor verduisteren iPhones in Ede

'De rechtbank veroordeelde een 45-jarige man uit Doorwerth en een 46-jarige man uit Wageningen voor het medeplegen van verduistering in dienstbetrekking. De mannen kregen beiden een werkstraf van 180 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden opgelegd.

Verduisteren iPhones
De man uit Doorwerth verduisterde op meerdere dagen in oktober 2014 - in zijn functie als meewerkend voorman bij een bedrijf in Ede - in totaal 340 iPhones. Dit deed hij in samenwerking met de man uit Wageningen, die teamleider was.

Gevolgen
De straffen voor de mannen vielen lager uit dan door het Openbaar Ministerie was geëist. Dit komt omdat ze beiden een blanco strafblad hadden. Daarnaast hebben zij 1,5 jaar later nog steeds last van de gevolgen van hun vergrijpen. De mannen zijn op staande voet ontslagen en bevinden zich een in slechte financiële situatie. De voorwaardelijke gevangenisstraf geldt als stok achter de deur om de kans op herhaling te voorkomen.

Schadevergoeding
Beide mannen moeten aan de voormalig werkgever een schadevergoeding 95.480,91 euro betalen. Omdat dit bedrag hoger is dan de vermoedelijke opbrengst van de verkoop van de verduisterde iPhones, heeft de rechtbank geconcludeerd dat geen sprake is van wederrechtelijk voordeel. De ontnemingsvordering van de officier van justitie werd daarom afgewezen.'



15 april 2016
Man uit Tiel krijgt celstraf voor verkrachting

'De rechtbank Gelderland veroordeelde een 39-jarige man uit Tiel voor verkrachting. Hij kreeg een gevangenisstraf van 18 maanden.

Getuigenverklaringen
Op 28 oktober 2014 heeft de man in een hotelkamer in Oosterbeek seks gehad met het slachtoffer. Hij stelt dat het slachtoffer heeft ingestemd met de seks. Maar de rechtbank vindt dit niet geloofwaardig en neemt aan dat het is gegaan zoals het slachtoffer heeft verklaard. Zij verklaart dat ze is gedwongen tot hebben van seks. Haar verhaal wordt namelijk ondersteund door onder meer verklaringen van 3 getuigen. Deze omstanders hebben - onafhankelijk van elkaar en op verschillende momenten - het slachtoffer zien huilen en gezien dat zij niet mee wilde met de man. Zij vertrouwden dit niet en door 2 getuigen is de politie gebeld. De rechtbank gaat er dan ook vanuit dat de man tegen de wil van het slachtoffer seks met haar heeft gehad.

Tot slot moet de man schadevergoeding van 2.500 euro betalen aan het slachtoffer.'



15 april 2016
Celstraf en voorwaardelijke boete na ongeluk monstertruck Haaksbergen

'De 51-jarige bestuurder van de monstertruck die tijdens een stunt in Haaksbergen het publiek inreed moet 15 maanden de gevangenis in. Ook mag hij 5 jaar lang niet als stuntman werken. De rechtbank oordeelt dat hij onvoldoende rekening hield met de risico's waaraan hij het publiek bij de show blootstelde. Ook de Stichting Ster Evenementen Haaksbergen, die het evenement organiseerde, is ernstig tekort geschoten in het waarborgen van de veiligheid van het publiek. Zij krijgt daarom een voorwaardelijke boete van 25.000 euro.

Stunt
Tijdens het evenement Auto en Motor Sportief op 28 september 2014 in Haaksbergen voerde de bestuurder met zijn monstertruck een stunt uit. Hij reed met de truck over een aantal autowrakken en probeerde daarna een bocht te maken om voor het publiek langs te rijden. Dat ging echter mis: de bestuurder kreeg na over de wrakken heen te zijn gereden de truck niet onder controle. Het lukte niet om de bocht te halen, waardoor de monstertruck het publiek in reed. Bij het ongeluk kwamen drie mensen om het leven, een groot aantal mensen raakte gewond.

Zorgplicht
De rechtbank oordeelt dat de bestuurder toerekenbaar tekort is geschoten in de op hem rustende zorgplicht voor het publiek. Van hem als stuntman mocht verwacht worden dat hij voldoende veiligheidsmaatregelen zou treffen om een ongeval te voorkomen. In plaats daarvan heeft hij met zijn truck op een te klein terrein een stunt uitgevoerd, waarbij hij in de richting van het publiek reed. Hij heeft geprobeerd een bocht te maken die zelfs onder ideale omstandigheden rakelings langs het publiek zou gaan. Uit technisch onderzoek concludeert de rechtbank dat de bestuurder niet of nauwelijks heeft geremd en zijn voertuig niet onder controle had. Daar komt bij dat hij wist dat de monstertruck gevoelig is voor storingen. Al met al nam hij naar het oordeel van de rechtbank onaanvaardbare risico's.

Geen onderzoek door stichting
De Stichting Ster Evenementen heeft als organisator geen onderzoek gedaan naar hoe de stunt zou worden uitgevoerd. De stichting heeft genoegen genomen met de geringe interesse die het stuntbedrijf toonde voor de veiligheid van het publiek bij de stunt. Zelf heeft zij geen stappen gezet ter bevordering van de veiligheid van het publiek. Door zelf geen onderzoek te doen naar de veiligheid op het terrein is de stichting ernstig tekort geschoten in haar verantwoordelijkheid. De gevolgen van het ongeluk zijn daarom ook aan haar toe te rekenen.

Ernstige gevolgen
Stuntrijden brengt een zware verantwoordelijkheid met zich mee om de veiligheid van anderen te waarborgen. Door het onvoorzichtige gedrag van de bestuurder en door de gebrekkige organisatie van de stichting zijn drie levens verloren gegaan. Anderen hebben, al dan niet zwaar, lichamelijk en psychisch letsel opgelopen. De rechtbank tilt daar zwaar aan. Aan de andere kant houdt de rechtbank ook rekening met de gevolgen van het ongeval voor de bestuurder. Alles bij elkaar acht de rechtbank een gevangenisstraf van 15 maanden passend en geboden.

Compensatie
Aan de Stichting Ster Evenementen legt de rechtbank een voorwaardelijke boete van 25.000 euro op. De boete is voorwaardelijk omdat ter zitting gebleken is dat de Stichting over beperkte financiële middelen beschikt. Naar het oordeel van de rechtbank geniet het de voorkeur dat het geld gebruikt wordt voor compensatie van het leed van de slachtoffers in plaats van voor het betalen van een onvoorwaardelijke boete aan de Staat.'



14 april 2016
Onderzoek in zaak dodelijk ongeval Renswoude heropend

'De rechtbank Midden-Nederland heeft vandaag het onderzoek heropend en geen uitspraak gedaan in de zaak waarin een 34-jarige man uit Leusden terecht staat. Hij wordt verdacht van het veroorzaken van een dodelijk ongeval in Renswoude.

De officier van justitie heeft aangegeven dat zij een getuigenverklaring heeft die van belang is in het onderzoek en die overhandigd op de zitting. De rechtbank oordeelt dat verdachte daar nader over gehoord moet worden omdat waarheidsvinding voorop staat. De zitting kan om agenda-technische redenen, van alle betrokken partijen, niet eerder dan 22 september plaatsvinden.'



4 april 2016
Vrachtvliegers Martinair niet van rechtswege in dienst van KLM

'De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van een overname van de vrachtdivisie van Martinair door KLM. Daardoor hoeven de vrachtvliegers van Martinair niet automatisch ‘horizontaal’ in te stromen en is KLM niet verplicht de vrachtvliegers een functie (op gelijk niveau) aan te bieden. Wel vindt de rechtbank dat KLM en de Vereniging van Nederlandse Verkeersvliegers (VNV) gehouden zijn zich tot het uiterste in te spannen om gedwongen ontslagen bij Martinair te voorkomen.

Integratie Martinair en KLM
Na de overname van alle aandelen Martinair door KLM in 2008 zijn ondersteunende diensten van de vrachtdivisies van beide luchtvaartmaatschappijen stap voor stap geïntegreerd. In 2014 was die integratie voltooid en is het betrokken (grond) personeel van Martinair door KLM overgenomen. Martinair heeft nu alleen nog piloten in dienst, die vrachtvluchten uitvoeren. Er dreigt een reorganisatie bij Martinair waardoor er mogelijk een deel van vrachtvliegers moet afvloeien. Ongeveer 180 vrachtvliegers van Martinair stapten eind vorig jaar naar de rechter met de eis dat KLM hen op hetzelfde functieniveau in dienst zou nemen.

Ringvaartakkoord
De rechtbank wijst de vorderingen van de vrachtvliegers af. Er is geen sprake van overgang van onderneming omdat Martinair nog steeds een zelfstandige vennootschap is die onder de naam Martinair Cargo opereert met eigen vliegtuigen waarop het logo van Martinair Cargo prijkt. Evenmin hoeft KLM de vrachtvliegers in lijn met de voorwaarden van het ‘Ringvaartakkoord’ een arbeidsovereenkomst aan te bieden. In dit akkoord was door Martinair, KLM en VNV afgesproken dat piloten van Martinair uiterlijk 1 januari 2014 in dienst konden komen van KLM. VNV heeft dit akkoord in 2013 rechtmatig opgezegd met als consequentie dat KLM de vrachtvliegers van Martinair op grond van dat akkoord geen arbeidsovereenkomst meer mocht aanbieden.

Gedwongen ontslagen voorkomen
Wel vindt de rechtbank dat KLM zich moet inspannen om piloten te herplaatsen. De vrachtvliegers hebben immers vertrouwd op het Ringvaarakkoord en het door KLM uitgedragen begrip ‘Keeping the family together’. “Het past KLM als 100% aandeelhouder, maar ook als ultieme moedervennootschap niet om 263 nieuwe vliegers in dienst te nemen terwijl elders in haar concern piloten werkloos dreigen te raken”, aldus de rechtbank. Eerder zijn door de rechtbank Amsterdam uitspraken gedaan in soortgelijke rechtszaken van verkeersvliegers en cabinepersoneel van Martinair. Ook toen oordeelde de rechter dat er geen sprake was van overgang van onderneming ECLI: NL:RBAMS:2014:9338 en ECLI: NL:RBAMS:2014:1262. Ook het Amsterdamse Hof heeft zich al in gelijkluidende zin over de situatie uitgesproken ECLI:NL:GHAMS:2015:3004.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl