Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Het reglement van orde van de Eerste Kamer
<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >



Kennisgeving van de uitslag van de stemmingen

Artikel 118Een voorstel van wet aangenomen

1. Wanneer de Kamer een voorstel van wet heeft aangenomen, geeft zij daarvan kennis aan de Koning en aan de Tweede Kamer.

2. Indien het voorstel door de Koning ingediend werd, richt de Kamer zich
a. tot de Koning met het volgende formulier: "Aan de Koning, De Staten-Generaal hebben het voorstel aangenomen zoals het daar ligt".
b. tot de Tweede Kamer met het volgende formulier: "Aan de Tweede Kamer, De Eerste Kamer der Staten-Generaal geeft kennis aan de Tweede Kamer van het feit dat zij het voorstel van wet betreffende ..., op de ... aan haar door de Tweede Kamer toegezonden, heeft aangenomen."

3. Indien het voorstel door de Tweede Kamer ingediend werd, richt de Kamer zich
a. tot de Koning met het volgende formulier: "Aan de Koning, De Staten-Generaal hebben nevenstaand voorstel aangenomen. Zij verzoeken daarop de bekrachtiging van de Koning."
b. tot de Tweede Kamer met het volgende formulier: "De Eerste Kamer der Staten-Generaal geeft kennis aan de Tweede Kamer van het feit dat zij het van haar op de ... ontvangen voorstel betreffende ... heeft aangenomen en daarop namens de Staten-Generaal de bekrachtiging van de Koning heeft verzocht."



Artikel 119Een voorstel van wet verworpen

1. Wanneer de Kamer een voorstel van wet heeft verworpen, geeft zij daarvan kennis op de in het tweede en derde lid aangegeven wijze.

2. Indien het voorstel door de Koning werd ingediend, richt de Kamer zich
a. tot de Koning met het volgende formulier: "Aan de Koning, De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft nevenstaand voorstel verworpen."
b. Tot de Tweede Kamer met het volgende formulier: "Aan de Tweede Kamer, De Eerste Kamer der Staten-Generaal geeft aan de Tweede Kamer kennis van het feit dat zij het voorstel van wet betreffende ..., op de ... aan haar toegezonden, heeft verworpen."

3. Indien het voorstel door de Tweede Kamer ingediend werd, richt de Kamer zich tot die Kamer met het volgende formulier: "Aan de Tweede Kamer, De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft onvoldoende reden gevonden de Koning te verzoeken het hierbij teruggaande voorstel te bekrachtigen."



Artikel 120Opmaken en ondertekenen van de formulieren

1. De Voorzitter is belast met het doen opmaken en ondertekenen van de formulieren, bedoeld in bovenstaande artikelen en het doen verzenden aan de Koning en aan de Tweede Kamer.

2. Opmaken, ondertekenen en verzenden van de formulieren geschiedt zo spoedig mogelijk nadat de Kamer heeft besloten een voorstel al dan niet te aanvaarden.



Hoofdstuk VIII. Officieel verslag

Vorm van het officiële verslag


Artikel 121Officieel verslag

Van elke vergadering als bedoeld in artikel 71 en elke bijeenkomst als genoemd in artikel 75 wordt een officieel verslag gemaakt.



Artikel 122Inhoud officiële verslag

Het officiële verslag bevat:
a. een woordelijk verslag van de gehouden beraadslagingen. Regelen hieromtrent worden opgenomen in een door beide Kamers vast te stellen reglement **[2];
b. de namen der leden, die in de vergadering aanwezig waren;
c. de namen van de leden die met kennisgeving afwezig waren;
d. de namen der leden die zich bij een stemming voor dan wel tegen verklaarden;
e. aantekening voor het geval een of meerdere leden gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid geboden in artikel 112;
f. een opgave van de beknopte inhoud van alle ingekomen stukken en alle door de Kamer of door de Voorzitter genomen besluiten.



Artikel 123Onderdelen aangeduid met notulen

De onderdelen van het officiële verslag, genoemd in het vorige artikel onder b tot en met f, worden gezamenlijk aangeduid met notulen.



Artikel 124De notulen worden vastgesteld en ondertekend

1. De notulen worden door de Voorzitter en de Griffier vastgesteld en ten bewijze daarvan door hen ondertekend.

2. Deze vastgestelde notulen worden op de dag van de eerstvolgende vergadering voor de leden ter inzage gelegd op de griffie.

3. Tijdens bedoelde vergadering kan elk lid bezwaar maken tegen het gestelde in de notulen en daarover een uitspraak van de Kamer vragen. Een Kameruitspraak wordt aan de notulen gehecht en wordt geacht daarin de gewraakte gedeelten te vervangen of aan te vullen.

4. De notulen worden ter griffie bewaard.



Vergaderingen met gesloten deuren

Artikel 125Het officiële verslag van de vergaderingen

1. Het officiële verslag van de vergaderingen die volgens het bepaalde van artikel 66 van de Grondwet met gesloten deuren worden gehouden, wordt afzonderlijk opgemaakt en bewaard.

2. De Kamer beslist of de stenografen met het maken hiervan zullen worden belast.

3. De notulen uit dit verslag worden ter vertrouwelijke kennisneming voor de leden ter griffie ter inzage gelegd en behandeld overeenkomstig het bepaalde in artikel 124, derde lid. Indien de Kamer overeenkomstig dit artikel om een uitspraak wordt gevraagd, worden de deuren gesloten voordat over de notulen wordt beraadslaagd.

4. De notulen worden afzonderlijk gehouden en ter griffie bewaard.

5. De Kamer beslist of, en onder welke voorwaarden, inzage wordt verleend aan anderen dan de leden van de Kamer.



Weglatingen

Artikel 126Geen protesten of aantekeningen in verslag opgenomen

Behoudens de aantekening geacht te willen worden zich niet met het voorstel te hebben kunnen verenigen als bedoeld in artikel 112, worden geen protesten of aantekeningen in het officiële verslag opgenomen.



Artikel 127Lid neemt woorden terug

Indien een lid de woorden die tot een vermaning volgens artikel 94, tweede lid, of artikel 95 hebben geleid terugneemt, worden deze woorden en de daarop volgende reacties in het officiële verslag der vergadering niet opgenomen.



Hoofdstuk IX. Recht van enquête, van interpellatie en het stellen van vragen

Enquête


Artikel 128Een voorstel tot het instellen van een onderzoek

Een voorstel tot het instellen van een onderzoek (enquête) moet schriftelijk worden ingediend, hetzij door een commissie uit de Kamer naar aanleiding van een bij haar in overweging zijnde onderwerp, hetzij door één of meer leden.



Artikel 129Omschrijving van het onderwerp van het onderzoek

Het voorstel omvat een omschrijving van het onderwerp van het onderzoek en, zo mogelijk, de namen van getuigen en deskundigen. Tenzij het uitgaat van een commissie die het reeds in haar verslag omtrent het bij haar in overweging zijnde onderwerp voldoende heeft toegelicht, is het vergezeld van een memorie van toelichting. Voorstel en memorie van toelichting worden gedrukt en rondgedeeld.



Artikel 130Voorstel door één of meer leden gedaan

1. Is het voorstel door één of meer leden gedaan, dan verricht een commissie als bedoeld in artikel 34, tweede lid het voorbereidend onderzoek.

2. Is het voorstel afkomstig van een commissie uit de Kamer, dan komt het zonder voorbereidend onderzoek in openbare behandeling. De Voorzitter kan evenwel bepalen dat de beraadslaging wordt voorbereid door een verslag van de commissie die het voorstel heeft gedaan. In dat geval bevat het verslag alle binnen een door de Voorzitter vast te stellen termijn van ten minste veertien dagen door één of meer leden aan de commissie toegezonden schriftelijke vragen en opmerkingen, alsmede de antwoorden daarop van de commissie.

3. De openbare beraadslaging vindt plaats op de wijze voorgeschreven bij de artikelen 168 tot en met 177.



Artikel 131Kamer tot instellen onderzoek besloten

1. Heeft de Kamer tot het instellen van een onderzoek besloten, dan draagt zij de uitvoering op hetzij aan een reeds bestaande commissie uit haar midden, hetzij aan een in te stellen commissie van onderzoek. In het laatste geval wordt de commissie samengesteld op de wijze, in artikel 36 voor commissies voorzien.

2. De Voorzitter zorgt voor plaatsing in de Staatscourant van het besluit tot het instellen van het onderzoek en van de samenstelling van de commissie waaraan de uitvoering is opgedragen. Op gelijke wijze geeft hij kennis van wijzigingen in de omschrijving van het onderwerp van het onderzoek.



Artikel 132Termijn waarbinnen het onderzoek zal zijn afgelopen

De Kamer bepaalt bij het besluit tot het instellen van een onderzoek de termijn waarbinnen het onderzoek zal zijn afgelopen. De termijn kan op voorstel van de commissie die het onderzoek verricht door de Kamer worden verlengd.



Artikel 133Getuigen en deskundigen worden ondervraagd

1. De getuigen en deskundigen worden door de voorzitter van de commissie ondervraagd. Ook de leden en medewerkers van de commissie kunnen, na van de voorzitter het woord te hebben verkregen, vragen stellen.

2. De schriftelijke aantekening van de afgelegde verklaringen of gegeven berichten geschiedt door de zorgen van de griffier.



Artikel 134Valse verklaring onder ede afgelegd

1. Wanneer de commissie een getuige ervan verdenkt opzettelijk een valse verklaring onder ede of onder belofte te hebben afgelegd, wordt daarvan een afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt, bevattende de afgelegde verklaring van de getuige en de aanduiding van de gronden waarop het vermoeden van valsheid berust.

2. De commissie stelt een door de griffier ondertekend afschrift van het proces-verbaal in handen van het openbaar ministerie bij de rechtbank van het arrondissement waarin het verhoor heeft plaatsgevonden.



Artikel 135Processen-verbaal worden ondertekend

De processen-verbaal van verhoor van getuigen of deskundigen alsmede het afzonderlijk proces-verbaal bedoeld in artikel 134 worden door de aanwezige leden der commissie en door de griffier ondertekend. Alle andere van de commissie uitgaande stukken, behalve die waaromtrent de Wet op de Parlementaire Enquête de ondertekening van de aanwezige leden van de commissie vordert, worden door haar voorzitter en de griffier ondertekend.



Artikel 136Verslag aan de Kamer

1. Na afloop van het onderzoek of zo dikwijls de commissie het nodig oordeelt dan wel de Kamer daartoe besluit doet de commissie van haar verrichtingen verslag aan de Kamer.

2. De processen-verbaal van de gehouden verhoren en de overige bescheiden van het ingestelde onderzoek worden op de griffie bewaard.

3. De Kamer kan voorts de openbaarmaking gelasten van niet door de commissie openbaar gemaakte stukken, met uitzondering van bescheiden en aantekeningen die ingevolge een besluit van de commissie, genomen krachtens de haar bij artikel 18a van de Wet op de Parlementaire Enquête verleende bevoegdheid, geheim dienen te worden gehouden.



Artikel 137Commissie blijft bestaan tot ontbinding

Heeft de Kamer de uitvoering van het onderzoek aan een daartoe ingestelde commissie van onderzoek opgedragen, dan blijft deze commissie bestaan totdat de Kamer heeft besloten haar te ontbinden.



Artikel 138Kennisgeving in Staatscourant van beëindiging onderzoek

Van de beëindiging van het onderzoek wordt door de zorg van de Voorzitter kennis gegeven in de Staatscourant. De stukken van het onderzoek worden op de griffie bewaard. De Kamer kan evenwel besluiten dat de stukken naar het Rijksarchief zullen worden overgebracht.

-

Het reglement van orde van de Eerste Kamer is voor het laatst geactualiseerd op: 23 januari 2017.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl