Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Besluit omgevingsrecht
<     Naar vorige pagina                                                       Naar inhoudsopgave     >



Hoofdstuk 7. Uitvoering en handhaving

§ 7.1. Basistaken omgevingsdienst

Artikel 7.1.Taken van de omgevingsdienst

1 Gedeputeerde staten en burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat in ieder geval de volgende taken voor de in bijlage IV aangewezen omgevingsvergunningen en activiteiten waarvoor zij bevoegd gezag zijn door een omgevingsdienst worden uitgevoerd:
a. het voorbereiden van beschikkingen tot het verlenen, wijzigen, intrekken of weigeren van omgevingsvergunningen die zijn aangewezen in de categorieėn 1 tot en met 4 van bijlage IV voor de projecten en activiteiten die zijn aangewezen in die categorieėn;
b. het beoordelen van meldingen als bedoeld in artikel 8.41, eerste lid, van de Wet milieubeheer, het voorbereiden van beschikkingen als bedoeld in artikel 8.40a, eerste lid, van de Wet milieubeheer en het stellen van voorschriften als bedoeld in artikel 8.42, eerste lid, van de Wet milieubeheer ten aanzien van activiteiten die zijn aangewezen in categorie 6 van bijlage IV alsmede het beoordelen van meldingen ten aanzien van activiteiten die zijn aangewezen in categorie 9 van bijlage IV;
c. het toezicht op de naleving van:
1°. de omgevingsvergunningen en de daaraan verbonden voorschriften die zijn aangewezen in de categorieėn 1 tot en met 4 van bijlage IV voor de projecten en activiteiten die zijn aangewezen in die categorieėn alsmede de verboden, bedoeld in de artikelen 2.1, 2.2, 2.3 en 2.3a van de wet voor die projecten en activiteiten;
2°. de voorschriften gesteld bij of krachtens het Activiteitenbesluit milieubeheer die gelden voor de activiteiten die zijn aangewezen in categorie 6 van bijlage IV;
3°. de voorschriften gesteld bij of krachtens de wet, de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming, die van toepassing zijn op de projecten en activiteiten die zijn aangewezen in de categorieėn 1 tot en met 10 van bijlage IV en op het ketentoezicht op de activiteiten die zijn aangewezen in categorie 11 van bijlage IV;
d. het voorbereiden van beschikkingen tot handhaving van de voorschriften en omgevingsvergunningen en de daarin opgenomen voorschriften, alsmede van de verboden, bedoeld in de onderdelen a tot en met c.

2 Onder het voorbereiden van beschikkingen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, valt niet de toepassing van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

3 De taken voor de in bijlage IV aangewezen omgevingsvergunningen en activiteiten, bedoeld in het eerste lid, worden voor de categorieėn van inrichtingen, bedoeld in artikel 5.3, vierde lid, van de wet, uitsluitend door de in bijlage V aangewezen omgevingsdiensten uitgevoerd.

4 Een naamswijziging van een in bijlage V aangewezen omgevingsdienst gaat, totdat een overeenkomstige wijziging van die bijlage in werking treedt, voor dit besluit gelden nadat een door Onze Minister daarover genomen besluit bekend is gemaakt in de Staatscourant.

§ 7.2. Procescriteria



Artikel 7.2.Handhavingsbeleid

1 De bestuursorganen die bevoegd gezag zijn en belast zijn met de bestuursrechtelijke uitvoering en handhaving van het bepaalde bij de wet en bij of krachtens de betrokken wetten en met het toezicht op de naleving door de onder hun gezag werkzame toezichthouders, stellen ieder voor zich voor de taken, niet zijnde de taken, bedoeld in het tweede lid, het uitvoerings- en handhavingsbeleid vast in een of meer documenten waarin gemotiveerd wordt aangegeven welke doelen zij zichzelf stellen bij de uitvoering en handhaving en welke activiteiten zij daartoe zullen uitvoeren. Voordat een document wordt vastgesteld wordt, indien nodig, onderling afgestemd. Het handhavingsbeleid wordt ook afgestemd met de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving.

2 De bestuursorganen, bedoeld in het eerste lid, die deelnemen in een omgevingsdienst dragen er gezamenlijk zorg voor dat een uniform uitvoerings- en handhavingsbeleid voor de taken, bedoeld in artikel 7.1, eerste lid, wordt vastgesteld in een of meer documenten waarin gemotiveerd wordt aangegeven welke doelen de omgevingsdienst moet behalen bij de uitvoering en handhaving en welke activiteiten daartoe door de omgevingsdienst worden uitgevoerd en stemmen dit, indien nodig, gezamenlijk af met andere bestuursorganen en met de organen die zijn belast met de strafrechtelijke handhaving. Het handhavingsbeleid wordt vastgesteld in overeenstemming met het Openbaar Ministerie.

3 Het uitvoerings- en handhavingsbeleid, bedoeld in het eerste en tweede lid, dient mede ter uitvoering van het bovenregionale handhavingsbeleid.

4 Het uitvoeringsbeleid is gebaseerd op toepasselijke algemeen verbindende voorschriften, beleidskaders en een analyse van inzichten, technieken en werkwijzen die gebruikt kunnen worden voor de uitvoering.

5 Het handhavingsbeleid is gebaseerd op een analyse van de problemen die zich kunnen voordoen met betrekking tot de naleving van het bij of krachtens de wet en de betrokken wetten bepaalde in de gevallen waarin de zorg voor de handhaving daarvan aan hen is opgedragen.

6 Het uitvoerings- en handhavingsbeleid geeft ten minste inzicht in:
a. de prioriteitenstelling met betrekking tot de uitvoering van de krachtens het eerste en tweede lid voorgenomen activiteiten;
b. de methodiek die de bestuursorganen gebruiken om te bepalen of de krachtens het eerste en tweede lid gestelde doelen worden bereikt;
c. de daarin opgenomen objectieve criteria voor het beoordelen van aanvragen voor en beslissen over een omgevingsvergunning en het afhandelen van meldingen, en
d. de werkwijze bij vergunningverlening en het afhandelen van meldingen.

7 Het handhavingsbeleid geeft voorts inzicht in:
a. de afspraken die door de bestuursorganen onderling en met de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving zijn gemaakt, over de samenwerking bij en de afstemming van de werkzaamheden;
b. de wijze waarop het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de betrokken wetten bepaalde wordt uitgeoefend om de krachtens het eerste en tweede lid gestelde doelen te bereiken;
c. de rapportage van de bevindingen van degenen die toezicht hebben uitgeoefend en het vervolg dat aan die bevindingen wordt gegeven, waarbij tevens aandacht wordt besteed aan de aard van de geconstateerde overtredingen;
d. de wijze waarop bestuurlijke sancties alsmede de termijnen die bij het geven en uitvoeren daarvan worden gehanteerd en de strafrechtelijke handhaving onderling worden afgestemd, waarbij tevens aandacht wordt besteed aan de aard van de geconstateerde overtredingen;
e. de wijze waarop de bestuursorganen handelen na overtredingen die zijn begaan door of in naam van die bestuursorganen of van andere organen behorende tot de overheid.

8 De bestuursorganen, bedoeld in het eerste en tweede lid, bezien regelmatig maar in ieder geval naar aanleiding van de evaluatie, bedoeld in artikel 7.7, tweede lid, het op grond van het eerste en tweede lid vastgestelde beleid en passen dit in ieder geval bij gebleken noodzaak zo spoedig mogelijk aan.

9 Burgemeester en wethouders, gedeputeerde staten en het dagelijks bestuur van een waterschap geven kennis van het uitvoerings- en handhavingsbeleid aan de gemeenteraad en provinciale staten onderscheidenlijk het algemeen bestuur van het waterschap.



Artikel 7.3.Uitvoeringsprogramma

1 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, werken jaarlijks het uitvoerings- en handhavingsbeleid uit in een uitvoeringsprogramma voor de desbetreffende rechtspersoon waarin wordt aangegeven welke van de vastgestelde activiteiten zij het komende jaar zullen uitvoeren. Daarbij houden ze rekening met de krachtens die leden gestelde doelen en de krachtens artikel 7.2, zesde lid, onder a, gestelde prioriteiten.

2 De bestuursorganen stemmen het uitvoeringsprogramma af met de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving.

3 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, tweede lid, dragen zorg voor een uniform uitvoeringsprogramma voor de taken, bedoeld in artikel 7.1, eerste lid, op het niveau van de met die taken belaste omgevingsdienst.

4 Burgemeester en wethouders, gedeputeerde staten en het dagelijks bestuur van een waterschap maken het uitvoeringsprogramma bekend aan de gemeenteraad, provinciale staten onderscheidenlijk het algemeen bestuur van het waterschap.



Artikel 7.4.Uitvoeringsorganisatie

1 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, richten hun organisaties zodanig in dat een goede uitvoering van het uitvoerings- en handhavingsbeleid, bedoeld in artikel 7.2, en de uitvoeringsprogramma’s, bedoeld in artikel 7.3, gewaarborgd is.
2 De bestuursorganen dragen er in ieder geval zorg voor dat:
a. de personeelsformatie ten behoeve van de uitvoering en de handhaving en de bij de onderscheiden functies behorende taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden vastgelegd;
b. de personen die zijn belast met de voorbereiding van besluiten ten aanzien van aanvragen om een omgevingsvergunning voor zover deze betrekking hebben op activiteiten met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, en categorieėn activiteiten als bedoeld in artikel 2.2a, van de wet of met de voorbereiding van beschikkingen als bedoeld in artikel 8.40a, eerste lid, van de Wet milieubeheer of het stellen van voorschriften als bedoeld in artikel 8.42, eerste lid, van de Wet milieubeheer niet worden belast met:
1°. het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de wet of de betrokken wetten bepaalde met betrekking tot een inrichting, en
2°. het voorbereiden of uitvoeren van bestuurlijke sancties met betrekking tot een inrichting;
c. een krachtens de artikelen 5.10 of 5.11 van de wet aangewezen ambtenaar niet voortdurend feitelijk wordt belast met het uitoefenen van toezicht op de naleving van het bij of krachtens de wet of de betrokken wetten bepaalde met betrekking tot dezelfde inrichting;
d. de organisatie van de bestuursorganen en van de omgevingsdienst ook buiten de gebruikelijke kantooruren bereikbaar en beschikbaar is.

3 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, dragen er tevens zorg voor dat:
a. een beschrijving van de werkprocessen, de procedures en de bijbehorende informatievoorziening inzake de uitvoerings- en handhavingstaken van het bij of krachtens de wet of de betrokken wetten bepaalde en het voorbereiden, geven en uitvoeren van bestuurlijke sancties wordt vastgesteld;
b. de uit te voeren werkzaamheden plaatsvinden overeenkomstig deze beschrijving.



Artikel 7.5.Borging van de middelen

De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, dragen er zorg voor dat:
a. de voor het bereiken van de krachtens die leden gestelde doelen en de voor het uitvoeren van de daarin bedoelde activiteiten benodigde en beschikbare financiėle en personele middelen inzichtelijk worden gemaakt en in de begroting van de desbetreffende rechtspersonen en van de omgevingsdienst worden gewaarborgd;
b. de wijze van berekening van de benodigde financiėle en personele middelen, bedoeld onder a, inzichtelijk wordt gemaakt;
c. voor de uitvoering van de uitvoeringsprogramma’s, bedoeld in artikel 7.3, eerste en derde lid, voldoende financiėle en personele middelen beschikbaar zijn en dat deze middelen zo nodig worden aangevuld of de uitvoeringsprogramma’s zo nodig worden aangepast.



Artikel 7.6.Monitoring

1 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, bewaken de resultaten en de voortgang van:
a. het bereiken van de krachtens die leden gestelde doelen;
b. de uitvoering van de uitvoeringsprogramma’s, bedoeld in artikel 7.3, eerste en derde lid.

2 De bestuursorganen dragen zorg voor de registratie van gegevens die zijn verkregen in het kader van de uitvoering en handhaving.



Artikel 7.7.Rapportage

1 De bestuursorganen, bedoeld in artikel 7.2, eerste en tweede lid, rapporteren periodiek over:
a. het bereiken van de krachtens die leden gestelde doelen;
b. de uitvoering van de voorgenomen activiteiten, bedoeld in die leden, in verhouding tot de prioriteitenstelling, bedoeld in artikel 7.2, zesde lid, onder a;
c. de uitvoering van de afspraken, bedoeld in artikel 7.2, zevende lid, onder a.

2 De bestuursorganen evalueren jaarlijks of de activiteiten die zijn opgenomen in de uitvoeringsprogramma’s, bedoeld in artikel 7.3, eerste en derde lid, zijn uitgevoerd en in hoeverre deze activiteiten hebben bijgedragen aan het bereiken van de krachtens artikel 7.2, eerste en tweede lid, gestelde doelen.

3 Burgemeester en wethouders, gedeputeerde staten en het dagelijks bestuur van een waterschap delen de rapportage, bedoeld in het eerste lid, en het verslag van de evaluatie, bedoeld in het tweede lid, mee aan de gemeenteraad, provinciale staten, onderscheidenlijk het algemeen bestuur van het waterschap.

§ 7.3. Inspectieview Milieu



Artikel 7.8.Verplichte aansluiting

Aan de verplichting, bedoeld in artikel 5.8, eerste lid, van de wet is in ieder geval voldaan, indien Onze Minister, Onze Minister van Veiligheid en Justitie en het algemeen bestuur van de omgevingsdiensten de gegevens die zij beheren in verband met de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 7.1, eerste lid, via het beveiligd digitaal systeem voor informatie-uitwisseling, voor de toepassing van dit besluit Inspectieview Milieu geheten, raadpleegbaar maken.



Artikel 7.9.Aanwijzing andere bestuursorganen

Als andere bestuursorganen als bedoeld in artikel 5.8, tweede lid, van de wet, worden aangewezen:
a. Onze Minister van Economische Zaken,
b. Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
c. de korpschef, bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012, en
d. het Openbaar Ministerie.



Artikel 7.10.Verplichtingen voor aangeslotenen

1 De bestuursorganen, bedoeld in de artikelen 7.8 en 7.9, maken gegevens in een gestandaardiseerde set toegankelijk.

2 Ten behoeve van de strafrechtelijke handhaving van het bepaalde bij of krachtens de wet, wordt bij het verstrekken van persoonsgegevens gebruik gemaakt van het burgerservicenummer.

3 Onverminderd de Wet bescherming persoonsgegevens en artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht, treffen de bestuursorganen passende technische en organisatorische maatregelen ten behoeve van de verwerking van de gegevens die zij via Inspectieview Milieu toegankelijk maken dan wel raadplegen, waaronder het autoriseren van personen die onder hun verantwoordelijkheid werkzaam zijn.



Artikel 7.11.Verantwoordelijke

1 Onze Minister is de voor Inspectieview Milieu verantwoordelijke als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet bescherming persoonsgegevens.

2 Inspectieview Milieu voldoet aan de principes van de Nederlandse Overheid Referentie Architectuur.

3 Onverminderd de artikelen 6 tot en met 11 van de Wet bescherming persoonsgegevens richt de verantwoordelijke Inspectieview Milieu zowel procedureel als technisch zodanig in dat:
a. zoveel mogelijk vooraf door middel van een gestandaardiseerde set van gegevens als bedoeld in artikel 7.10, eerste lid, is bepaald welke gegevens nodig zijn om het doel waarvoor de gegevens toegankelijk worden gemaakt te bereiken en deze gegevens toereikend, relevant en niet bovenmatig zijn;
b. het doel waarvoor de gegevens die toegankelijk worden gemaakt door een bestuursorgaan verwant is aan het doel waarvoor deze gegevens door dat bestuursorgaan zijn verkregen;
c. gegevens die verplicht gedeeld worden uitsluitend door middel van Inspectieview Milieu toegankelijk worden gemaakt indien geen wettelijke bepaling daaraan in de weg staat;
d. er geen gegevens toegankelijk worden gemaakt door een bestuursorgaan of strafrechtelijke instantie waarvoor dat bestuursorgaan een geheimhoudingsplicht heeft;
e. er geen gegevens op een centrale plaats worden opgeslagen en bewaard;
f. alleen geautoriseerde personen die vallen onder de verantwoordelijkheid van de bestuursorganen, bedoeld in de artikelen 7.8 en 7.9 of organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving of met de opsporing van economische delicten die gegevens opvragen, toegang tot die gegevens hebben;
g. de toegang tot gegevens voor specifiek vooraf aangewezen en getoetste doeleinden voorbehouden is aan de daartoe geautoriseerde personen die vallen onder de verantwoordelijkheid van de bestuursorganen, bedoeld in de artikelen 7.8 en 7.9, of organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving of met de opsporing van economische delicten die gegevens opvragen;
h. het informatiebeveiligingsniveau «departementaal vertrouwelijk» is en voor gegevens verkregen uit processen-verbaal dan wel een opsporingsonderzoek «staatsgeheim confidentieel».



Artikel 7.12.Kostenverdeling

1 De jaarlijkse beheerkosten van Inspectieview Milieu komen voor rekening van Onze Minister.

2 De bestuursorganen, bedoeld in de artikelen 7.8 en 7.9, en organen die zijn belast met de strafrechtelijke handhaving die op Inspectieview Milieu zijn aangesloten, betalen jaarlijks een bedrag voor het technisch- en applicatie beheer aan Onze Minister.



Hoofdstuk 8. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 8.1.Tijdstip inwerkingtreding

1 Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de diverse artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

2 Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de diverse artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld vervalt:
a. in artikel 2.1, eerste lid, «onderdeel B, onder 2, en»,
b. artikel 3.3a,
c. artikel 6.3, eerste lid, onder d,
d. artikel 6.7,
e. in artikel 6.10 «6.7, eerste, tweede en vierde lid,»,
f. in bijlage I, onderdeel B, onderdeel 2, en de aanduiding «1.» voor onderdeel 1.

3 Op het moment, bedoeld in het tweede lid, aanhef en onder b en c wordt in artikel 6.3, eerste lid, onder c, de komma aan het slot vervangen door een punt.

4 Artikel 5.10, vierde lid, vervalt met ingang van de eerste dag waarop twee jaar zijn verstreken na de datum van inwerkingtreding van dat artikel.



Artikel 8.2.Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit omgevingsrecht.

-

Het Besluit huurprijzen woonruimte is voor het laatst geactualiseerd op: 16 april 2018.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar vorige pagina                                                       Naar inhoudsopgave     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl