Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Handelsregisterbesluit 2008
<     Naar de inhoudsopgave                                                   Naar volgende pagina     >



Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen

Artikel 1Omschrijving begrippen

1. In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. wet: de Handelsregisterwet 2007;
b. werkzame personen: de al dan niet in dienst van de betrokken onderneming werkzame werknemers, de meewerkende eigenaren en de meewerkende gezinsleden van een eigenaar, steeds voorzover zij doorgaans ten minste 15 uur per week werkzaam zijn;
c. verordening 1435/2003: de verordening (EG) nr. 1435/2003 van de Raad van de Europese Unie van 22 juli 2003 betreffende het statuut van de Europese coöperatieve vennootschap (SCE) (PbEU L 207);
d. richtlijn 68/151/EEG: richtlijn (EEG) nr. 68/151 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 9 maart 1968 met betrekking tot de openbaarmakingsvereisten voor bepaalde soorten ondernemingen (PbEG 1968 L 65);
e. melding: een melding als bedoeld in artikel 32, eerste of tweede lid, van de wet;
f. persoonlijke gegevens:
1°. indien deze betrekking hebben op een natuurlijk persoon, de gegevens, genoemd in artikel 10, tweede lid van de wet, de geslachtsaanduiding en de handtekening;
2°. indien deze betrekking hebben op een rechtspersoon naar Nederlands recht, het nummer genoemd in artikel 12, onderdeel a, van de wet, de naam en het bezoekadres;
3°. indien deze betrekking hebben op een rederij, maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap naar Nederlands recht, het nummer genoemd in artikel 10, derde lid onderdeel a, van de wet, de naam en het bezoekadres;
4°. indien deze betrekking hebben op een rechtspersoon of vennootschap naar buitenlands recht, de naam, het bezoekadres, het nummer waaronder de rechtspersoon of vennootschap in het buitenlandse register is ingeschreven, de naam van dat register en de plaats en het land waar het register wordt gehouden.

2 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt mede verstaan onder:
a. handtekening: een elektronische handtekening als bedoeld in artikel 3, onderdelen 10, 11 en 12, van verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van richtlijn 1999/93/EG (PbEU 2014, L 257);
b. commissaris: een lid van een toezichthoudend orgaan.



Artikel 2Omschrijving onderneming

1. Van een onderneming is sprake indien een voldoende zelfstandig optredende organisatorische eenheid van één of meer personen bestaat waarin door voldoende inbreng van arbeid of middelen, ten behoeve van derden diensten of goederen worden geleverd of werken tot stand worden gebracht met het oogmerk daarmee materieel voordeel te behalen.

2. Van een onderneming is geen sprake indien er naar het oordeel van de Kamer onvoldoende omvang van activiteiten of omzet is.



Hoofdstuk 2. Opgave ter inschrijving

Artikel 3Een opgave ter inschrijving met een vastgesteld formulier

1. Voor het doen van een opgave ter inschrijving in het handelsregister bij de Kamer wordt gebruik gemaakt van een door de Kamer vastgesteld formulier dat kosteloos verkrijgbaar is.

2. De Kamer kan ermee instemmen dat een opgave op andere wijze geschiedt dan in het eerste lid bepaald.

3. Voor zover de Kamer niet op grond van de Dienstenwet of artikel 19 van de wet zorg draagt voor de mogelijkheid tot elektronische uitwisseling van gegevens en bescheiden, draagt de Kamer er zorg voor dat gegevens en bescheiden langs elektronische weg ontvangen kunnen worden indien voor die gegevens en bescheiden een plicht tot neerlegging bestaat op grond van richtlijn nr. 68/151/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 9 maart 1968 strekkende tot het coördineren van de waarborgen, welke in de Lid-Staten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 58 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden, zulks ten einde die waarborgen gelijkwaardig te maken (PbEG L 65).

4. Een wijziging van de richtlijn, genoemd in het derde lid, gaat voor de toepassing van het bij of krachtens dit besluit bepaalde gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven.



Artikel 4Bevoegdheid tot opgave en juistheid opgave

1. De Kamer onderzoekt of een opgave afkomstig is van iemand die tot het doen ervan bevoegd is, en of de opgave juist is, tenzij in Nederland of een andere lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Economische Ruimte reeds onderzoek naar gelijkwaardige eisen is verricht en hieruit blijkt dat de opgave aan de eisen voldoet.

2. De Kamer kan bij een onderzoek nadere bewijsstukken vragen.

3. Indien de Kamer ervan overtuigd is dat de opgave is gedaan door iemand die tot het doen ervan bevoegd is en van oordeel is dat de opgave juist is, gaat zij onverwijld over tot inschrijving.



Artikel 5Kamer weigert inschrijving

1. De Kamer weigert om tot inschrijving over te gaan indien zij er niet van overtuigd is dat de opgave afkomstig is van een tot opgave bevoegd persoon.

2. De Kamer kan weigeren om tot inschrijving over te gaan indien:
a. de opgave strijdig is met een wettelijk voorschrift, het recht, de openbare orde of de goede zeden;
b. de opgave innerlijk strijdig of onvolledig is;
c. de opgave strijdig is met de reeds over de onderneming of rechtspersoon opgenomen gegevens;
d. de opgave strijdig is met gegevens uit een ander basisregister;
e. de Kamer gerede twijfel heeft over de juistheid van de opgave.

3. Indien de Kamer degene die de opgave doet in de gelegenheid heeft gesteld de opgave aan te vullen of te wijzigen, stelt zij indien nodig de opgave weer ter beschikking van degene die de opgave heeft gedaan.



Artikel 6Verplicht tot het doen van een opgave

1. Tot het doen van een opgave ter inschrijving in het handelsregister van alle gegevens betreffende de onderneming of rechtspersoon is verplicht:
a. de bestuurder van een publiekrechtelijke rechtspersoon;
b. de bestuurder van een rechtspersoon, bedoeld in artikelen 24 tot en met 26;
c. de beheerder in Nederland, bedoeld in artikel 24, derde lid, 25, derde lid, onderdeel b, en 26, derde lid, onderdeel b;
d. de bewindvoerder, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder a.

2. Tot het doen van een opgave ter inschrijving van de volgende gegevens is verplicht:
a. betreffende de aankondigingen krachtens artikel 390 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, hij die met de bekendmaking ervan is belast;
b. betreffende de aankondigingen ingevolge de Wet op het financieel toezicht, hij die met de bekendmaking ervan in de Staatscourant is belast;
c. betreffende het bedrag van het geplaatste kapitaal, bedoeld in artikel 22, tweede lid, en 25, derde lid onderdeel c en vierde lid, de houder van het register, bedoeld in artikel 1:107 van de Wet op het financieel toezicht, indien de daartoe verplichte personen een melding hebben gedaan op grond van artikel 5:34 van de Wet op het financieel toezicht;
d. betreffende de ontbinding van een vennootschap of rechtspersoon en betreffende de voltooiing van de vereffening van een Europees economisch samenwerkingsverband of van een vennootschap of rechtspersoon als bedoeld in de artikelen 24, 25 en 26, de vereffenaar van een ontbonden vennootschap of rechtspersoon;
e. betreffende een uitspraak als bedoeld in artikel 37 en 39, eerste lid, de griffier van het rechtscollege dat de uitspraak heeft gedaan.



Artikel 7Inschrijving van een Europese naamloze vennootschap

Bij de opgave ter inschrijving van een Europese naamloze vennootschap, een Europees economisch samenwerkingsverband en een Europese coöperatieve vennootschap worden tevens gegevens en bewijsstukken overgelegd waaruit blijkt dat voldaan is aan de voorwaarden voor inschrijving ingevolge verordening 2137/85, verordening 2157/2001 en verordening 1435/2003.



Hoofdstuk 3. In te schrijven rechtspersonen

Artikel 8Een kerkgenootschap wordt ingeschreven

1. In het handelsregister wordt een kerkgenootschap als bedoeld in artikel 2 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, dat geen deel uitmaakt van een organisatie als bedoeld in artikel 6, derde lid, van de wet, ingeschreven.

2. In het handelsregister wordt een kerkgenootschap als bedoeld in artikel 2, van Boek 2, van het Burgerlijk Wetboek, dat deel uitmaakt van een organisatie als bedoeld in artikel 6, derde lid, van de wet, die geen rechtspersoonlijkheid heeft, ingeschreven.



Hoofdstuk 4. Op te nemen gegevens

§ 1. Algemene gegevens


Artikel 9Een wijziging in het handelsregister

1. Een wijziging van hetgeen in het handelsregister is opgenomen, wordt opgegeven met vermelding van de datum waarop de wijziging is ingegaan.

2. De Kamer vermeldt zo mogelijk de datum waarop de wijziging is ingegaan indien tot wijziging wordt besloten op grond van de artikelen 34 tot en met 36 van de wet.

3. In het handelsregister wordt, indien een gegeven geen derdenwerking heeft ingevolge artikel 50, een aantekening opgenomen dat het gegeven geen derdenwerking heeft.



Artikel 10Een buitenlands register voor ondernemingen

In het handelsregister worden indien degene aan wie een onderneming toebehoort is ingeschreven in een buitenlands register voor ondernemingen, opgenomen, het registratienummer uit dat register, de naam van het register en de plaats en het land waar het register gehouden wordt.



§ 2. Algemene gegevens van de onderneming

Artikel 11Gegevens die over een onderneming worden opgenomen

In het handelsregister worden over een onderneming opgenomen:
a. het aantal werkzame personen, onderverdeeld naar vestiging, op de eerste werkdag na 30 april van enig kalenderjaar;
b. een korte aanduiding van de uitgeoefende activiteit of activiteiten;
c. de naam van de berichtenbox van het centraal loket, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, onder 2° van de Dienstenwet.



Artikel 11aOnderneming zonder vestiging

1. Een onderneming zonder vestiging in Nederland kan worden ingeschreven in het handelsregister, indien de activiteiten van de onderneming in Nederland zelfstandig zouden kwalificeren als een onderneming in de zin van artikel 2.

2. In het handelsregister wordt over een onderneming zonder vestiging in Nederland het adres opgenomen waarop degene aan wie de onderneming toebehoort fysiek bereikbaar is.



Artikel 12Eén of meer gevolmachtigde handelsagenten

1. Indien een onderneming één of meer gevolmachtigde handelsagenten heeft die in Nederland werkzaam zijn, dan worden hun persoonlijke gegevens en de inhoud van hun volmacht in het handelsregister opgenomen.

2. In het handelsregister kunnen gegevens over overige gevolmachtigden van een onderneming worden opgenomen. In dat geval worden hun persoonlijke gegevens en de inhoud van hun volmacht opgenomen.



Artikel 13Onderneming die toebehoort aan rechtspersoon i.o.

In het handelsregister worden over een onderneming die toebehoort aan een rechtspersoon in oprichting opgenomen, de persoonlijke gegevens van ieder die handelt namens deze rechtspersoon in oprichting.

-

Het handelsregisterbesluit 2008 is voor het laatst geactualiseerd op: 26 maart 2018.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar de inhoudsopgave                                                       Naar volgende pagina     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl