Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-

- rechtspraak

Datum uitspraak: 15-09-2010



De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder b, van de Rijkswet op het Nederlanderschap (hierna: de RWN), voor zover thans van belang, komt voor verlening van het Nederlanderschap slechts in aanmerking de verzoeker tegen wiens verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba, geen bedenkingen bestaan.

Ingevolge artikel 14, eerste lid, voor zover thans van belang, kan de minister de verlening van het Nederlanderschap intrekken, indien zij berust op een door de betrokken persoon gegeven valse verklaring of bedrog, dan wel op het verzwijgen van enig voor de verlening relevant feit.

Ingevolge het vierde lid heeft, met uitzondering van het geval bedoeld in het eerste lid, geen verlies van het Nederlanderschap plaats indien staatloosheid daarvan het gevolg zou zijn.

Volgens de Handleiding voor de toepassing van de RWN 2003 (hierna: de Handleiding) moet bij het verzwijgen van enig voor de verlening relevant feit worden gedacht aan het verzwijgen van een feit waarvan de verzoeker weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het voor het naturalisatieverzoek van belang kan zijn. Intrekking zal slechts worden overwogen indien de verzoeker, ware de fraude, het bedrog of de verzwijging tijdig bekend geweest, niet voor verlening van het Nederlanderschap in aanmerking zou zijn gekomen. De intrekking is geen sanctie voor de frauduleuze handelingen, maar heeft tot doel dat de gevolgen van het frauduleus handelen worden gecorrigeerd.

Indien achteraf blijkt dat het Nederlanderschap op onjuiste gronden is verleend, is het uitgangspunt bij een situatie als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de RWN, dat de verlening van het Nederlanderschap wordt ingetrokken. Als gevolg van eventuele individuele bijzondere omstandigheden én na afweging van de bij de intrekking betrokken belangen kan van intrekking worden afgezien. Blijkt bij de afweging van de belangen een intrekking niet opportuun of disproportioneel, dan wordt niet ingetrokken. In de afweging om tot intrekking over te gaan, zal worden meegewogen:
- de aard en ernst van het bedrog, de valse verklaring of de verzwijging;
- de eventuele staatloosheid na intrekking;
- de tijdsduur die sinds de verlening is verlopen;
- en overige relevante factoren, waarbij onder meer kan worden gedacht aan bijzondere omstandigheden en aan de termijn waarbinnen de verzoeker het Nederlanderschap alsnog kan verkrijgen, aldus de Handleiding.





Klik hier voor de hele uitspraak.

-
-
WWW.UWWET.nl
2010. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl