




Zevende afdeling. Bevoegdheden van de raadsman
Artikel 241Nader onderzoek verrichten
1.Indien het gerechtelijk vooronderzoek is gesloten of geëindigd, doch het onderzoek op de terechtzitting nog niet is aangevangen, kan de rechter-commissaris op de vordering van de officier van justitie of op het verzoek van de verdachte, gehoord de officier van justitie, nader onderzoek verrichten.
2.De vordering onderscheidenlijk het verzoek wordt schriftelijk gedaan, behelst een opgave van de handelingen van onderzoek die door de rechter-commissaris dienen te worden verricht, en is met redenen omkleed.
3.De rechter-commissaris beslist zo spoedig mogelijk. De beschikking, die in geval van afwijzing van het verzoek met redenen is omkleed, wordt schriftelijk ter kennis van de officier van justitie en de verdachte gebracht.
4.Tegen de beslissing van de rechter-commissaris op de vordering van de officier van justitie of het verzoek van de verdachte staat geen rechtsmiddel open.
Artikel 241aInstellen onderzoek
1.In geval van een toewijzing van de vordering of het verzoek, bedoeld in artikel 241, eerste lid, stelt de rechter-commissaris zo spoedig mogelijk het onderzoek in of doet hij dat onderzoek instellen.
2.Het onderzoek geldt als een gerechtelijk vooronderzoek en wordt overeenkomstig de bepalingen van de tweede tot en met de vijfde en de achtste afdeling van de Derde Titel van het Tweede Boek gevoerd.
3.Van de beëindiging van het onderzoek wordt door de rechter-commissaris aan de officier van justitie en de verdachte schriftelijk kennis gegeven.
Het wetboek van strafvordering is voor het laatst geactualiseerd op: 18 februari 2014.
De status van deze wet is: zeer goed.
Klik hier voor meer informatie.













Uwwet.nl


